“Writing camps zijn als een steen in een vijver”

In het interbellum tussen de aanvankelijke versoepelingen van de coronamaatregelen en de recente nieuwe maatregelen, organiseerde BMG Benelux in het Noord-Hollandse Herberg Spanbroek een breed opgezet writing camp. Gedurende meerdere dagen vonden componisten, artiesten en producers elkaar voor wat de geschiedenis in gaat als hun grootste creatieve smeltkroes ooit. Voor Entertainment Business schreef ik een achtergrondverhaal over dit camp.

De kracht van BMG Benelux writing camps
“Writing camps zijn als een steen in een vijver”

In het interbellum tussen de aanvankelijke versoepelingen van de coronamaatregelen en de recente nieuwe maatregelen, organiseerde BMG Benelux in het Noord-Hollandse Herberg Spanbroek een breed opgezet writing camp. Gedurende meerdere dagen vonden componisten, artiesten en producers elkaar voor wat de geschiedenis in gaat als hun grootste creatieve smeltkroes ooit.

Het is nooit de bedoeling geweest om het writing camp precies in het gat te plannen tussen de aanvankelijke versoepelingen en de lockdown. Publisher BMG had het juist georganiseerd als viering van het einde van de maatregelen. Een viering die volledig in lijn is met de geschiedenis van het bedrijf. “Vele jaren terug al waren wij – toen nog Talpa Music – een van de eerste partijen die in Nederland een writing camp organiseerde. Destijds was dat in Twello”, zo herinnert Tony Berk, Chairman Of The Board bij BMG, zich. “Hoewel de tijden anders waren en de manier van werken verschilde, was het uitgangspunt hetzelfde; zet gedurende langere tijd een aantal componisten en artiesten bij elkaar en zorg dat het hen aan niets ontbreekt om samen tot nieuw materiaal te komen. Dat was en geweldig camp, waar niet allen hits uit voortkwamen, maar wat ook het familiegevoel van onze componisten onderling versterkte. Inmiddels zijn we jaren verder, is de entertainmentbranche veranderd, maar de behoefte aan een goed liedje en aan creatief sparren blijft. Writing camps zijn in de industrie gemeengoed geworden, maar vaak worden die op relatief kleine schaal georganiseerd, of met te veel druk op de ketel omdat er een hit ‘moet’ komen. Wij onderscheiden ons door focus te houden op het creatieve proces van een auteur. Het zijn mensen, geen machines. En als mens ga je onderling en relatie aan die idealiter langdurig is en op basis van vertrouwen in elkaar en die kan groeien door innig contact.”

Afrit Twello
Juist dat intermenselijke aspect is binnen de hele branche gedurende de coronaperiode onder druk komen te staan. Auteurs, uitgevers en artiesten zagen elkaar amper meer, communicatie via schermpjes werd gemeengoed en het organische dat bij creativiteit hoort sijpelde her en der langzaam weg. “We hebben gezien de vervelende omstandigheden in die periode het beste uit de creatievelingen gehaald. De componisten konden in kleine settings met elkaar werken en ook veel door middel van online sessies”, zo zegt Levy Isabella, Managing Director bij BMG Benelux. “Maar je ziet dat er ‘magic’ ontstaat als ze daadwerkelijk samenkomen met artiesten en met medecomponisten. Voor het creatieve proces is dat enorm belangrijk en corona heeft dat lange tijd heel lastig of zelfs onmogelijk gemaakt. Op een dag reed ik puur toevallig op de A1 langs de afrit Twello en toen moest ik direct denken aan de inmiddels legendarisch geworden verhalen die Tony altijd vertelde over dat eerste writing camp 16 jaar geleden.” Berk: “Dus hij zegt tegen mij ‘dat moeten we nog eens gaan doen om het einde van de coronaperiode te vieren’. Dat kon helaas niet meer op dezelfde plek als toen, daar zit inmiddels een bejaardenhuis. Maar ze hebben met Herberg Spanbroek een geweldige nieuwe locatie gevonden.”

“Geweldig om door zoveel muzikaliteit te worden omarmd”
– Wolter Kroes

Buiten de comfort zone
In de herberg zijn twaalf verschillende studio’s gerealiseerd en werd gedurende vier dagen een keur aan componisten en artiesten samengebracht uit alle soorten achtergronden en genres. Van Thomas Helsloot en Linde Schöne tot Yoshi Breen en Jochem Fluitsma en aan de artiestenkant Wulf, Wolter Kroes en 3JS tot Rolf Sanchez, Maksim Stojanac, Sunnery James & Ryan Marciano en meer. “Voor ons is het essentieel om bij het neerzetten van zo’n camp de artiesten er vanaf het eerste moment bij te betrekken”, zo legt Levy Isabella uit. “Door specifiek voor een artiest te werken en die artiest onderdeel te laten zijn van het creatieve proces, ontstaat er een dynamiek die werkt. Waarbij we ook heel bewust componisten hebben gekoppeld aan artiesten waar zij wellicht in eerste instantie niet mee in aanraking gekomen zouden zijn. Dat houdt het voor iedereen spannend en fris. Als componist zie je al vrij snel of een artiest het voelt of niet en door niet alleen het schrijfproces te faciliteren, maar in de aanwezige studio’s ook opnames mogelijk te maken kon er heel snel geschakeld worden.” Erroll Antonie, hoofd A&R bij BMG Benelux, stelt dat het bij elkaar zetten van componisten en artiesten geen gimmick moet zijn. “Je zet mensen bij elkaar omdat je het idee hebt dat zij een klik kunnen hebben, of dat zij iets in elkaar naar boven kunnen halen wat er eerst niet was. Door dat in de setting van zo’n camp op serieuze manier aan te pakken en mensen af en toe gericht buiten hun comfort zone te plaatsen, merk je ook dat iedereen zeer gemotiveerd de sessies in gaat, met als doel om tot een aantal goede liedjes te komen.”

Auteurs bij de club betrekken
Tony Berk stelt dat het schrijven van liedjes uiteraard van groot belang is, maar dat het succes van een camp niet valt of staat met een hit die er uit voortkomt. “Dit vak blijft mensenwerk, muziek is iets wat je moet voelen en wat zijn weg uiteindelijk wel of niet naar het publiek vindt. Minstens zo belangrijk – en dat was al tijdens dat eerste camp 16 jaar geleden – is het sociale component. Vandaar ook dat een gezellige borrel óók onderdeel uitmaakt van de setting die we creëren.” Levy Isabella voegt toe dat het juist voor componisten interessant is om te zien wie er ‘tot dezelfde club’ behoren en met wie ze dus op laagdrempelige manier kunnen samenwerken. “Componisten werken veelal vanuit hun eigen omgeving, met hun eigen groep mensen. Onze taak als publisher is vooral om verbindingen te maken, nieuwe groepen te ‘connecten’ die elkaar in de toekomst meer gaan vinden. Het mooiste om te zien tijdens het recente camp, was de herkenning. Veel componisten hadden wel van elkaar gehoord, maar nooit ontmoet of samengewerkt. Op deze manier betrek je hen allemaal meer bij de club en dat werpt op de lange termijn zijn vruchten af.”

“Nieuwe talenten en oude bekenden tegenkomen is gewoon altijd inspirerend”
– Tjeerd Oosterhuis

Verschillende soorten winst
Erroll Antonie beaamt dat en geeft aan dat het succes van een camp wellicht niet direct meetbaar is, maar wel aantoonbaar verschillende soorten winst heeft. “Allereerst natuurlijk zijn de liedjes die worden gecomponeerd winst. Ook werd er in maar liefst twaalf studios gewerkt. Schrijven is opnemen tegenwoordig, dus in veel gevallen wordt er al een ‘bijna af’ versie geschreven en geproduceerd tijdens sessies. Of er singles of zelfs hits bij zitten, dat moet zich nog uitwijzen natuurlijk. Een andere winst zit in de contacten die onderling worden opgedaan. Artiesten die een klik hebben met een componist, of componisten die vaker willen samenwerken. Je ziet nu al heel aanwijsbaar samenwerkingen ontstaan van mensen die buiten het camp met elkaar gaan afspreken. Dat is dus ook winst. Het zou daardoor best kunnen dat er uit een tijdens het camp ontstane samenwerking niet direct een ‘hit’ of überhaupt een single voortkomt, maar dat het in een tweede, derde of nog latere schrijfsessie samen wel ineens raak is. Of je ziet dat copyrights gaan travellen en misschien ineens bij een andere (internationale) artiest terecht komen. Dan kan je een succes dat zich wellicht pas over een jaar of twee jaar aandient weer terugherleiden naar die eerste kennismaking in Herberg Spanbroek.”

Een soort werkvakantie
Zanger Wolter Kroes noemt het writing camp vanuit zijn optiek super geslaagd. “Geweldig om door zoveel muzikaliteit te worden omarmd”, aldus Kroes. “Een mooie ervaring waar ook nog een paar fantastische liedjes uit zijn gekomen zijn.” Sunnery James noemt de sessies waarbij hij aanwezig was ‘super georganiseerd’. “Een geweldige dag met hardwerkende en gemotiveerde talenten. Mede door de sfeer inspireerden we elkaar over en weer en zijn er fantastische dingen opgenomen.” Ook Tjeerd Oosterhuis, sinds 2003 bij de club, kijkt tevreden terug op de sessies in de herberg en noemt het een bonus dat er een paar heel goede songs uit zijn gekomen. “Ik heb best al wat camps gedaan en er komen altijd wel vroeg of laat mooie dingen uit, is mijn ervaring”, zo zegt hij. “Nieuwe talenten en oude bekenden tegenkomen is gewoon altijd inspirerend.” Over de pitches die vanuit BMG zijn gedaan is hij tevreden. “Op zich ook altijd goed om een doel te hebben als je aan het werk gaat. Al leert de ervaring dat een goed liedje ook wel eens ergens anders thuis kan vinden uiteindelijk.” Componist Arno Krabman, die als enige componist alle dagen op het camp aanwezig was, beaamt dat. Hij zit al jaren bij BMG, doet vanuit de publisher al zo’n 9 jaar aan diverse camps mee en stelt dat de creatieve omgeving die tijdens een camp ontstaat een enorm effect kan hebben. “Writing camps zijn als een steen in een vijver, het rimpeleffect kan echt enorm zijn”, zo zegt hij. “Dit specifieke camp voelde voor mij en voor veel van de aanwezigen echt als een soort werkvakantie, na al die maanden waarin we niet samen konden zijn. We waren er weer even uit, we waren op en andere plek en belangrijker, we waren allemaal heel gretig om iets moois te gaan maken. Als je in één ruimte zit met allemaal mensen die – net als jij – elke dag opstaan met de ambitie om vandaag het meest ultieme liedje te maken en morgen dat ultieme liedje te overtreffen, gebeuren er mooie dingen.”

“Mede door de sfeer inspireerden we elkaar over en weer en zijn er fantastische dingen opgenomen”
– Sunnery James

De motor achter de chemie
Krabman stelt dat het contact buiten de sessies om voor hem ook zeer belangrijk was. “Het relativeert de dingen waar je tegenaan loopt als je in je eentje werkt enorm. Je kan elkaar om advies vragen over van alles, van creatieve en technische dingen tot administratie, dingen die alleen voor vakbroeders herkenbaar zijn en je maakt connecties die er eerder niet waren, ook op persoonlijk vlak. Dat is enorm waardevol.” De rol van de medewerkers van BMG binnen dit alles is volgens Krabman niet te onderschatten. “Ze zijn er voor je door er niet te zijn, als je snapt wat ik bedoel. Het is vergelijkbaar met teamsport. Ze lopen niet in de weg van het creatieve proces, ze laten je volledig vrij en bewegen zich op de achtergrond. Vanuit die positie zorgen ze echter wel dat het je aan niets ontbreekt, dat je wordt gekoppeld aan mensen die je wellicht eerst niet kende en ze zijn de motor achter de chemie die gedurende die dagen kan ontstaan. Als je hen nodig hebt, zijn ze er meteen als klankbord. Op zo’n camp lijken alle beschikbare faciliteiten een vanzelfsprekendheid. Zij zijn het die dat faciliteren, zodat wij direct zonder nadenken in die creatieve bubbel kunnen stappen met zijn allen.”

‘People’s business’
Tony Berk noemt de langetermijnsrelatie die BMG met al haar auteurs opbouwt de grote kracht van het bedrijf. “Wij zijn een partij die er bewust voor kiest om een lange adem te hebben en kiezen ervoor om met al onze auteurs niet voor de snelle hits te gaan, maar voor een duurzame, langdurige samenwerking. Natuurlijk komen er nieuwe talenten bij en vallen anderen weer af, maar voor mij persoonlijk is het geweldig om te zien dat veel van de componisten op het camp in Spanbroek, zoals Tjeerd Oosterhuis en Robert Fisher, ook al aanwezig waren tijdens de eerste in Twello. Het toont onze commitment naar hen toe én andersom. Wij zitten in een ‘people’s business’, de beste liedjes zijn altijd het resultaat van goede relaties. Als je dan ziet dat sommige mensen die niet elke dag aanwezig hebben kunnen zijn dan op de allerlaatste dag toch weer helemaal terugkomen naar Spanbroek om de afsluitende borrel mee te kunnen maken en je daar dat hele team ziet zitten, dan gaat mijn hart als publisher helemaal open.”


[Dit artikel verscheen oorspronkelijk in de december/januari editie van Entertainment Business en op de entertainmentbusiness.nl website]