Barry Hay: “Wat had ik aan mijn lul hangen?”

Tijdens een zoekopdracht naar een ander artikel, schotelt Google me vandaag ineens een oud interview voor dat ik deed met Golden Earring-frontman Barry Hay. Het interview ging over zijn toenmalige solo-album op het Blue Note-label en werd in 2008 gepubliceerd in het inmiddels ter ziele gegane muziekblad FRET. Ik durf inmiddels wel toe te geven dat ik in de intro wel lollig deed, maar na afloop mijn handen flink heb staan schrobben.

Barry Hay
“Wat had ik aan mijn lul hangen?”

Vanuit het toilet van een donkere kamer in het Amsterdamse College Hotel klettert het hard. Daar overheen is de kenmerkende stem van Golden Earring-frontman Barry Hay te horen. “Man, ik herinner het me ineens weer. Ik heb me daar toch moeten pissen tijdens de opnames! Echt elke tien minuten ofzo. Niet normaal.” Vervolgens zwaait de deur open en komt Hay tevoorschijn met uitgestoken hand. “Hoi, ik ben Barry.” Hopen dat hij zijn handen heeft gewassen…

Hay heeft er bijna een middag interviewen op zitten. FRET schuift als laatste bij hem aan om over zijn cd The Big Band Theory te praten, een cd waarop hij samen met het Metropole Orkest letterlijk en figuurlijk met veel toeters en bellen een aantal rock-klassiekers nieuw leven in blaast. “Op het Blue Note label, weetjewel. Stond ik in de plee tegen mezelf te lullen. ‘Waar ben ik aan begonnen?’ en ‘Ze vinden me vast een prutser.’ Of iets dergelijks…” Hay neemt een flinke teug van zijn vers gebrachte Mojito. “Waarna ik met een grijns de studio weer inwandelde en grappen maakte dat ik teveel ‘Hay’ op mijn vork had genomen. maar ik vroeg me wel af wat het was. Blaasontsteking kan niet als man. Had ik dan wat aan mijn prostaat? Wat had ik aan mijn lul hangen? Ik heb me later laten uitleggen dat mijn lichaam gewoon te heftig heeft gereageerd op de stress. Het was pure faalangst. Je wordt benaderd door Blue Note, yeah! Met de mededeling dat je met een heel orkest mag opnemen. Nog harder yeah! En dan slaat de twijfel toe als je eenmaal in de studio staat. Moet je met de billen bloot.”

Schijt in de broek
Zelfvertrouwen is iets wat Hay naar eigen zeggen nooit goed heeft gehad. “Ja, met de Earring heb ik wel zelfvertrouwen. Maar dat komt omdat we al zo lang hetzelfde trucje doen met zijn vieren. De Earring is zo’n… ‘ding’. Waarin we allemaal vrij bewegen en weten dat we een trefzekere en genadeloze muziekmachine zijn. Dan durf je ook meer, in zo’n vertrouwde omgeving. Tegelijk hebben we het allemaal als we iets groots moeten doen. Een Ahoy of een Pinkpop, dan schijten we collectief een beetje in de broek. Ik vind dat het een band siert als dat onzekere er na al die jaren nog steeds is. We hebben het al als we een liedje van onszelf in een ander arrangement moeten spelen. When The Lady Smiles met een strijkorkestje ernaast, stond ik daar en wist ik de tekst effe niet meer. Terwijl ik het normaal avond aan avond zing. vandaar dat Johnny make believe van de Earring in de uitvoering met big band ook nog een hele toer was om goed te krijgen. Voor mij, tenminste.”

Schaamteloos
Na een sporadisch optreden met het Metropole Orkest ter promotie van The Big Band Theory is het voor Hay met zijn maatjes van de Earring weer ‘business as usual’. Dus een trektocht langs zowel de theaters als feesttenten en concertzalen. Plus de opnames van een nieuwe cd. Alles in eigen beheer. “Zo doen we het al jaren. Waarna we als het eenmaal af is uitlicenseren voor distributie enzo. Heerlijk, dat we geen platenmaatschappij in de nek hebben hijgen die ons komt vragen of het niet eens tijd wordt voor iets nieuws. En dat ik dus contractueel nergens toe gebonden ben en zomaar dit soort uitstapjes kan maken.” Op de vraag of de band dan geen sponsorcontracten nodig heeft om lekker te kunnen leven, antwoordt Hay ontkennend. “We hebben wat dat betreft de boot gemist. Goed, een vroege versie van de Earring heeft een singletje voor Coca Cola opgenomen omdat ze een bus nodig hadden. Maar verder niets en het is er nu denk ik te laat voor. Ik doe schaamteloos een reclame voor Grolsch. Is rock ’n roll en ik moet tenslotte ergens de duikplank van mijn zwembad op Curaçau van betalen. En met de Earring speelden we een show in de HMH exclusief voor VISA Card houders. Maar verder? Ik moet er niet aan denken dat je bij de Gall & Gall gratis Earring concertkaarten krijgt als je twee kratjes bier koopt. We zijn gevraagd voor Symphonica In Rosso. Dat werd vrij snel weggehoond. Dat is toch niks voor ons. Zijn we zo lang aan het proberen integer te zijn, ga je toch niet opeens uitverkopen!”

Pap zonder krenten
Hay vindt dat soort grootschalige evenementen een steeds kwalijker zaak worden. “Ik snap het wel. Bedrijven gooien hun werknemers in een bus, gaan naar de Toppertjes, naar Symphonica of Night Of The Proms, iedereen heeft lol en ze hebben er verder geen omkijken meer naar. Maar wat ik het ergste vind is dat dergelijke evenementen steeds serieuzer worden genomen als ‘concerten’. Maar dat zijn het niet. Het zijn gewoon ordinaire bedrijfsfeestjes. De mensen komen helemaal niet voor de artiest die op het podium staat. Er wordt een laag modder over Nederland heen getrokken en dat noemen ze dan cultuur. Terwijl de echte bandjes die serieus en integer met hun muziek bezig zijn geen kans meer krijgen. Ik heb het aan den lijve ondervonden met Bad Candy. Manager Cees van Leeuwen vroeg of ik mijn naam er aan wilde verbinden. Prima, maar dan was de voorwaarde dat ik er oprecht een stoer rock ’n roll bandje van kon maken met meiden die echt konden spelen. Toen de eerste muziek kwam was ik helemaal enthousiast, maar Cees zei ‘nee, te hard. Ik wil wel platen verkopen’. Toen ging er al een alarmbel rinkelen. Vervolgens hadden we bonje over de merchandise. Ik vond dat het goede kwaliteit moest zijn. Hij niet. Het moest na twee keer wassen uit elkaar vallen, zodat de fans nieuwe shirts kwamen kopen. Er moest tenslotte geld worden verdiend. Dat vercommercialiseren werd steeds erger en die arme meisjes keken me aan van ‘Barry, doe iets!’ Maar ik kon niets doen. Hij was de baas. Het werd een dráma. Het voelde alsof mijn hondje door een ander werd opgepakt en meegenomen. Een van de grootste mislukkingen in mijn leven. Maar het geeft aan hoe in Nederland met talent wordt omgesprongen. De pap wordt steeds dikker en er zitten steeds minder krenten in.”


[Dit interview werd oorspronkelijk gepubliceerd in de november 2008 editie van FRET]