Jenny Lane: “Ik heb geleerd om me in mijn liedjes uit te drukken”

Ze geldt als dé grote Nederlandse muzikale ontdekking van de afgelopen maanden. Jenny Lane bracht haar soulvolle debuutalbum Monsters uit, kreeg lovende kritieken, scoorde hits met Say Say Say en You Start A Fire, stond twee maal in De Wereld Draait Door, werd ook in het buitenland opgepikt en speelde onder meer de legendarische theater- en concertzaal Olympia in Parijs plat. “Mijn muziek is een uitlaatklep waarmee ik mezelf kan uitdrukken”, aldus de zangeres in het meest recente nummer van SCHERP.

Het kan hard gaan, want hoewel haar kwaliteiten nu alom geroemd worden, wist koud een jaar geleden nog vrijwel niemand wie Jenny Lane was. Terwijl ze toen ook al haar sporen internationaal had verdiend. Want ver voordat ze in het Olympia theater in de voetsporen van grootheden als Edith Piáf en Jacques Brel trad, trad ze als blank meisje in 2007 in het New Yorkse Apollo theater al in de voetsporen van veel van haar zwarte soulhelden, zoals The Jackson Five en James Brown. Voor een cynisch publiek dat haar eerst uitjouwde vanwege de huidskleur en later omarmde vanwege haar imposante optreden.

Twijfel
Er zijn maar weinig écht legendarische concertzalen ter wereld. Er is nog geen enkele Nederlander geweest die zowel in het Olympia als in de Apollo stond. Jenny Lane deed het wel. Zoals ze vrijwel alles ‘gewoon doet’ sinds ze enkele jaren geleden zichzelf eens goed bij de kladden pakte en richting aan haar leven gaf. “Lange tijd wist ik niet goed wat ik wilde met mijn leven. Ik had talent, dat wist ik wel. Maar had geen idee in welke vorm ik het zou moeten gieten. Ik vond theater leuk, ik vond zingen in bands leuk, ik hield van reggae, ska, soul, pop en zelfs Amsterdamse volksmuziek. Het probleem was, dat ik ook al die stijlen enorm goed beheerste. Maar ik was in de veronderstelling dat ik maar één ding echt kon zijn, dat ik voor een eenduidige richting zou moeten kiezen omdat mensen me anders niet zouden snappen. Omdat ik mezelf dan niet zou snappen. Maar juist omdat ik niet kon kiezen deed ik maar niks, behalve wat vage schetsjes maken van liedjes, die ik vervolgens niet afmaakte.”

“Als ik optreed, verlies ik mezelf in wat ik zing”

Zonder censuur
Bij THOPPS, Theateropleiding Selma Susanna, leerde Jenny dat ze helemaal niet hoefde te kiezen voor een bepaalde richting. “De essentie van het artiest zijn, is dat je jezelf door middel van wat je doet leert uit te drukken. Een echte artiest pint zich niet vast op één ding, maar haalt alles uit zichzelf zonder censuur. Die realisatie was de start en daarna ging het balletje bijna als vanzelf rollen. Ik werd benaderd door Coen Ouwehand (tegenwoordig onder meer muziekdocent op de Frank Sanders Academie – red.) die vond dat iemand met mijn talent zichzelf toch wel op de piano zou moeten kunnen begeleiden. Toen ik zei dat ik dat niet kon, begon hij te vloeken, te tieren en niet lang daarna bood hij aan mij pianolessen te geven. Hij heeft me geleerd hoe belangrijk het is om niet alleen mezelf te kunnen begeleiden, maar ook om een middel te hebben om zelf liedjes te kunnen schrijven en mijn creativiteit te uiten. Tot die tijd hoorde ik altijd al hele nummers in mijn hoofd en wist ik ook precies hoe het zou moeten klinken, maar had nog nooit een instrument opgepakt om het ook daadwerkelijk te schrijven. Sindsdien componeer ik zelf en in de loop der tijd heb ik zo de liedjes van mijn cd Monsters geschreven.”

Creatieve kraan
Die cd balanceert muzikaal ergens tussen soul, pop en jazz in. Met als leidraad de ware emoties die je in al deze muzikale stijlen terughoort. De creatieve kraan is opengegaan en gaat voorlopig niet meer dicht. “Momenteel ben ik bezig met het schrijven van nieuwe liedjes voor een volgende cd. Maar ik ben ook bezig met een theatervoorstelling, waarmee ik iets ‘Parade-achtigs’ wil neerzetten. Die voorstelling moet nog uitkristalliseren, maar als gezegd, ik wil me nergens helemaal op vastpinnen. Nu staat even alles in het teken van mijn muziek, maar theater is óók een onderdeel van wie ik ben.” Dat laatste uit zich vooral in de optredens van Jenny Lane, die door de jubelende Nederlandse (en buitenlandse) pers zijn onthaald als ware belevenissen. Het zijn in ieder geval shows die de liedjes een volledig nieuwe dynamiek geven. “Als ik optreed, verlies ik mezelf in wat ik zing. Of het nu mijn eigen liedjes zijn, of die van anderen, ik ga er in op. Muziek is een krachtig middel dat op vrijwel ieder mens een effect heeft. Op het podium zal je mij ook geen ingestudeerde danspasjes zien doen, ik beweeg me hoe ik me op het moment dat ik een liedje zing voel. Optreden is voor mij echt thuiskomen. Zelfexpressie én communicatie. Ik hoop dan ook dat mensen die mijn optredens bezoeken er door geraakt worden en een beetje betoverd weer naar buiten gaan.”


Jenny Lane gaat de komende maanden op tournee onder de vlag ‘Monsters On Tour’.
Zij is hier te zien:

  • 1 mei 2010 – Lelystad, Underground
  • 7 mei 2010 – Tilburg, 013
  • 14 mei 2010 – Den Bosch, W2
  • 15 mei 2010 – Purmerend, P3
  • 24 mei 2010 – Amsterdam, Paradiso
  • 28 mei 2010 – Groningen, Simplon
  • 4 juni 2010 – Delft, Speakers
  • 14 juni 2010 – Hilversum, De Vorstin

[Dit interview verscheen oorspronkelijk in SCHERP #1, 2010 | Fotografie © Nine IJf]

About The Author